Obteve 3 resultados para o termo de pesquisa in het leven roepen
Ir para
NL Holandês PT Português
in het leven roepen (v) [beginnen] iniciar (v) [beginnen]
in het leven roepen (v) [beginnen] causar (v) [beginnen]
in het leven roepen (v) [beginnen] originar (v) [beginnen]

NL PT Traduções para in

in (n v) [to cut into small cubes] cortar (n v) [to cut into small cubes]
in (o) [in elk] para (o) [in elk]
in (o) [nabijheid] para (o) [nabijheid]
in (o) [richting] para (o) [richting]
in (o) [voorzetsel] para (o) [voorzetsel]
in (o) [in elk] no (o) [in elk]
in (o) [nabijheid] no (o) [nabijheid]
in (o) [richting] no (o) [richting]
in (o) [voorzetsel] no (o) [voorzetsel]
in (adj v) [legally qualified] competente (adj v) [legally qualified]

NL PT Traduções para het

het (article adv) [article] a (article adv) [article]
het (article adv) [stressed, indicating that the object in question is the only one worthy of attention] a (article adv) [stressed, indicating that the object in question is the only one worthy of attention]
het (article adv) [with an adjectival noun, as in “the hungry” to mean “hungry people”] a (article adv) [with an adjectival noun, as in “the hungry” to mean “hungry people”]
het (n v abbr) [work, suffice] servir (n v abbr) [work, suffice]
het (o) [persoonlijk vnw. - lijdend vw.] isso (o) [persoonlijk vnw. - lijdend vw.]
het (o) [persoonlijk vnw. - onderwerp] isso (o) [persoonlijk vnw. - onderwerp]
het (o) [persoonlijk vnw. - lijdend vw.] isto (o) [persoonlijk vnw. - lijdend vw.]
het (o) [persoonlijk vnw. - onderwerp] isto (o) [persoonlijk vnw. - onderwerp]
het (article adv) [article] o (article adv) [article]
het (o) [bepaald lidwoord] o (o) [bepaald lidwoord]

NL PT Traduções para leven

leven (n) [algemeen] {n} existir (n) {m} [algemeen]
leven (n) [zijn] {n} existir (n) {m} [zijn]
leven (v) [persoon] {n} habitar (v) [persoon]
leven (v) [verblijfplaats] {n} habitar (v) [verblijfplaats]
leven (v) [persoon] {n} morar (v) [persoon]
leven (v) [verblijfplaats] {n} morar (v) [verblijfplaats]
leven (n) [algemeen] {n} viver (n) {m} [algemeen]
leven (v) [persoon] {n} viver (v) {m} [persoon]
leven (v) [verblijfplaats] {n} viver (v) {m} [verblijfplaats]
leven (n) [zijn] {n} viver (n) {m} [zijn]

NL PT Traduções para roepen

roepen (n v) [to request, summon, or beckon] chamar (n v) [to request, summon, or beckon]
roepen (v) [stem] gritar (v) [stem]
roepen (v n) [transitive: to shout, to scream (words)] gritar (v n) [transitive: to shout, to scream (words)]
roepen (v) [stem] vociferar (v) [stem]
roepen (v) [stem] berrar (v) [stem]
roepen (v) [stem] falar alto (v) [stem]