Obteve 16 resultados para o termo de pesquisa leven
NL Holandês PT Português
leven (n) [algemeen] {n} existir (n) {m} [algemeen]
leven (n) [zijn] {n} existir (n) {m} [zijn]
leven (v) [persoon] {n} habitar (v) [persoon]
leven (v) [verblijfplaats] {n} habitar (v) [verblijfplaats]
leven (v) [persoon] {n} morar (v) [persoon]
NL Holandês PT Português
leven (v) [verblijfplaats] {n} morar (v) [verblijfplaats]
leven (n) [algemeen] {n} viver (n) {m} [algemeen]
leven (v) [persoon] {n} viver (v) {m} [persoon]
leven (v) [verblijfplaats] {n} viver (v) {m} [verblijfplaats]
leven (n) [zijn] {n} viver (n) {m} [zijn]
leven (n) [algemeen] {n} ser (n) {m} [algemeen]
leven (n) [zijn] {n} ser (n) {m} [zijn]
leven (v) [persoon] {n} estar vivo (v) [persoon]
leven (v) [verblijfplaats] {n} estar vivo (v) [verblijfplaats]
leven (n) [algemeen] {n} vida (n) {f} [algemeen]
leven (n) [zijn] {n} vida (n) {f} [zijn]

Traduções de Holandês Português

NL Sinónimos de leven PT Traduções
geweld [geraas] n hostilidade {f}
lawaai [geraas] n clamor {m}
spektakel [drukte] n mostra {f}
geraas [gedruis] n zoeira {f}
getier [gedruis] n invectiva {f}
heibel [gedruis] m tempestade {f}
herrie [gedruis] m alarido {m}
kabaal [gedruis] n discórdia {f}
tamtam [gedruis] m propaganda ruidosa {f}
zijn [bestaan] n estar
bezieling [bedrijvigheid] f paixão {f}
levensloop [doen en laten] currículo {m}
levenswijze [doen en laten] m estilo de vida {m}