Obteve 21 resultados para o termo de pesquisa toelaten
NL Holandês PT Português
toelaten (v) [to tolerate] suportar (v) [to tolerate]
toelaten (v) [mogelijk maken] capacitar (v) [mogelijk maken]
toelaten (v) [mogelijk maken] habilitar (v) [mogelijk maken]
toelaten (v) [voorwaarde] dar permissão para (v) [voorwaarde]
toelaten (v) [toestemming] dar permissão para (v) [toestemming]
NL Holandês PT Português
toelaten (v) [voorwaarde] permitir (v) [voorwaarde]
toelaten (v) [toestemming] permitir (v) [toestemming]
toelaten (v) [to be capable of, to permit] permitir (v) [to be capable of, to permit]
toelaten (v) [toestemming] deixar entrar (v) [toestemming]
toelaten (v) [to tolerate] tolerar (v) [to tolerate]
toelaten (v) [to allow without interference] tolerar (v) [to allow without interference]
toelaten (v) [toestemming] deixar (v) [toestemming]
toelaten (v) [to tolerate] aguentar (v) [to tolerate]
toelaten (v) [to allow without interference] aguentar (v) [to allow without interference]
toelaten (v) [toestemming] admitir (v) [toestemming]
toelaten (v) [to be capable of, to permit] admitir (v) [to be capable of, to permit]
toelaten (v) [to allow to enter; to grant entrance] admitir (v) [to allow to enter; to grant entrance]
toelaten (v) [to allow (one) to enter on an office or to enjoy a privilege] admitir (v) [to allow (one) to enter on an office or to enjoy a privilege]
toelaten (v) [voorwaarde] consentir (v) [voorwaarde]
toelaten (v) [toestemming] consentir (v) [toestemming]
toelaten (v) [voorwaarde] deixar (v) [voorwaarde]

Traduções de Holandês Português