Obteve 43 resultados para o termo de pesquisa wankelen
NL Holandês PT Português
wankelen (v) [beweging] titubear (v) [beweging]
wankelen (v) [to sway unsteadily from one side to the other] vacilar (v) [to sway unsteadily from one side to the other] (slang)
wankelen (v) [voorwerpen] vacilar (v) [voorwerpen] (slang)
wankelen (v) [wandelen] vacilar (v) [wandelen] (slang)
wankelen (v) [algemeen] flutuar (v) [algemeen]
NL Holandês PT Português
wankelen (v) [beweging] flutuar (v) [beweging]
wankelen (v) [voorwerpen] flutuar (v) [voorwerpen]
wankelen (v) [wandelen] flutuar (v) [wandelen]
wankelen (v) [algemeen] bordejar (v) [algemeen]
wankelen (v) [wandelen] bordejar (v) [wandelen]
wankelen (v) [algemeen] titubear (v) [algemeen]
wankelen (v) [beweging] vacilar (v) [beweging] (slang)
wankelen (v) [voorwerpen] titubear (v) [voorwerpen]
wankelen (v) [wandelen] titubear (v) [wandelen]
wankelen (v) [algemeen] cambalear (v) [algemeen]
wankelen (v) [beweging] cambalear (v) [beweging]
wankelen (n v) [to walk in an awkward, drunken fashion] cambalear (n v) [to walk in an awkward, drunken fashion]
wankelen (v) [voorwerpen] cambalear (v) [voorwerpen]
wankelen (v) [wandelen] cambalear (v) [wandelen]
wankelen (v) [algemeen] cambar (v) [algemeen]
wankelen (v) [wandelen] cambar (v) [wandelen]
wankelen (v) [beweging] menear (v) [beweging]
wankelen (v) [wandelen] perder o equilíbrio (v) [wandelen]
wankelen (v) [beweging] variar (v) [beweging]
wankelen (v) [voorwerpen] variar (v) [voorwerpen]
wankelen (v) [wandelen] variar (v) [wandelen]
wankelen (v) [algemeen] balançar (v) [algemeen]
wankelen (v) [beweging] balançar (v) [beweging]
wankelen (v) [voorwerpen] balançar (v) [voorwerpen]
wankelen (v) [wandelen] balançar (v) [wandelen]
wankelen (v) [algemeen] perder o equilíbrio (v) [algemeen]
wankelen (v) [beweging] perder o equilíbrio (v) [beweging]
wankelen (v) [voorwerpen] perder o equilíbrio (v) [voorwerpen]
wankelen (v) [algemeen] variar (v) [algemeen]
wankelen (v) [algemeen] desequilibrar-se (v) [algemeen]
wankelen (v) [beweging] desequilibrar-se (v) [beweging]
wankelen (v) [voorwerpen] desequilibrar-se (v) [voorwerpen]
wankelen (v) [wandelen] desequilibrar-se (v) [wandelen]
wankelen (v) [algemeen] oscilar (v) [algemeen]
wankelen (v) [beweging] oscilar (v) [beweging]
wankelen (v) [voorwerpen] oscilar (v) [voorwerpen]
wankelen (v) [wandelen] oscilar (v) [wandelen]
wankelen (v) [algemeen] vacilar (v) [algemeen] (slang)

Traduções de Holandês Português

NL Sinónimos de wankelen PT Traduções
wiebelen [wiebelen] contorcer
waggelen [strompelen] cambalear
zwaaien [schudden] acenar
struikelen [schuifelen] tropeçar
strompelen [schuifelen] tropeçar