Obteve 2 resultados para o termo de pesquisa resideren
Ir para
NL Holandês PT Português
resideren (v) [verblijfplaats] habitar (v) [verblijfplaats]
resideren (v) [verblijfplaats] morar (v) [verblijfplaats]

Traduções de Holandês Português

NL Sinónimos de resideren PT Traduções
verblijven [wonen] leva
gevestigd zijn [wonen] vara bosatt
wonen [gevestigd zijn] n vara bosatt