Obteve 19 resultados para o termo de pesquisa partner
NL Holandês PT Português
partner (n) [man] {m} companheiro (n) {m} [man]
partner (n) [vrouw] {m} parceira (n) {f} [vrouw]
partner (n) [bedrijf - vrouw] {m} parceira (n) {f} [bedrijf - vrouw]
partner (n) [bedrijf - vrouw] {m} associada (n) {f} [bedrijf - vrouw]
partner (n) [bedrijf - vrouw] {m} sócia (n) {f} [bedrijf - vrouw]
NL Holandês PT Português
partner (n) [man] {m} parceiro (n) {m} [man]
partner (n) [bedrijf - man] {m} parceiro (n) {m} [bedrijf - man]
partner (n) [man] {m} sócio (n) {m} [man]
partner (n) [bedrijf - man] {m} sócio (n) {m} [bedrijf - man]
partner (n) [vrouw] {m} companheira (n) {f} [vrouw]
partner (n) [bedrijf - man] {m} associado (n) {m} [bedrijf - man]
partner (n) [beroep - vrouw] {m} companheira de trabalho (n) {f} [beroep - vrouw]
partner (n) [beroep - man] {m} companheiro de trabalho (n) {m} [beroep - man]
partner (n) [vrouw] {m} colega (n) {m} [vrouw]
partner (n) [man] {m} colega (n) {m} [man]
partner (n) [beroep - vrouw] {m} colega (n) {m} [beroep - vrouw]
partner (n) [beroep - man] {m} colega (n) {m} [beroep - man]
partner (n) [beroep - vrouw] {m} colega de trabalho (n) {m} [beroep - vrouw]
partner (n) [beroep - man] {m} colega de trabalho (n) {m} [beroep - man]

Traduções de Holandês Português

NL Sinónimos de partner PT Traduções
partij [huwelijkspartner] f lote {m}
medeëigenaar [compagnon] m co-proprietário {m}
vennoot [compagnon] m parceiro {m}
vriend [levensgezel] m namorada {f}
vriendin [levensgezel] f amiga {f}
maat [collega] m tipo {m}
metgezel [makker] m companheiro {m}
vrijer [vriend] m amásio {m}
compagnon [aandeelhouder] m parceira {f}
aandeelhouder [vennoot] m acionista {m}