Obteve 15 resultados para o termo de pesquisa blijheid
NL Holandês PT Português
blijheid (n) [algemeen] {f} satisfação (n) {f} [algemeen]
blijheid (n) [gevoelstoestand] {f} satisfação (n) {f} [gevoelstoestand]
blijheid (n) [gevoelstoestand] {f} excitação (n) {f} [gevoelstoestand]
blijheid (n) [gevoelstoestand] {f} exaltação (n) {f} [gevoelstoestand]
blijheid (n) [algemeen] {f} alegria (n) {f} [algemeen]
NL Holandês PT Português
blijheid (n) [gevoelstoestand] {f} alegria (n) {f} [gevoelstoestand]
blijheid (n) [algemeen] {f} prazer (n) {m} [algemeen]
blijheid (n) [gevoelstoestand] {f} prazer (n) {m} [gevoelstoestand]
blijheid (n) [algemeen] {f} gosto (n) {m} [algemeen]
blijheid (n) [gevoelstoestand] {f} gosto (n) {m} [gevoelstoestand]
blijheid (n) [algemeen] {f} regozijo (n) {m} [algemeen]
blijheid (n) [gevoelstoestand] {f} regozijo (n) {m} [gevoelstoestand]
blijheid (n) [algemeen] {f} gozo (n) {m} [algemeen]
blijheid (n) [gevoelstoestand] {f} gozo (n) {m} [gevoelstoestand]
blijheid {f} felicidade {f}