Obteve 51 resultados para o termo de pesquisa vallen
NL Holandês PT Português
vallen (v) [verkoop] {n} estar (v) [verkoop]
vallen (v) [prijzen] {n} encontrar-se (v) [prijzen]
vallen (v) [tijd] {n} encontrar-se (v) [tijd]
vallen (v) [verkoop] {n} encontrar-se (v) [verkoop]
vallen (v n) [become or change into] {n} ficar (v n) [become or change into]
vallen (n) [val] {n} queda (n) {f} [val]
vallen (n) [val] {n} caída (n) {f} [val]
vallen (n) [val] {n} tombo (n) {m} [val]
vallen (v) [aantal] {n} estar (v) [aantal]
vallen (v) [categorie] {n} estar (v) [categorie]
vallen (v) [intransitief] {n} estar (v) [intransitief]
vallen (v) [prijzen] {n} estar (v) [prijzen]
vallen (v) [tijd] {n} estar (v) [tijd]
vallen (v) [intransitief] {n} encontrar-se (v) [intransitief]
vallen (v) [aantal] {n} sofrer uma queda brusca (v) [aantal]
vallen (v) [categorie] {n} sofrer uma queda brusca (v) [categorie]
vallen (v) [intransitief] {n} sofrer uma queda brusca (v) [intransitief]
vallen (v) [prijzen] {n} sofrer uma queda brusca (v) [prijzen]
vallen (v) [tijd] {n} sofrer uma queda brusca (v) [tijd]
vallen (v) [verkoop] {n} sofrer uma queda brusca (v) [verkoop]
vallen (v) [aantal] {n} cair bruscamente (v) [aantal]
vallen (v) [categorie] {n} cair bruscamente (v) [categorie]
vallen (v) [intransitief] {n} cair bruscamente (v) [intransitief]
vallen (v) [prijzen] {n} cair bruscamente (v) [prijzen]
vallen (v) [tijd] {n} cair bruscamente (v) [tijd]
vallen (v) [verkoop] {n} cair bruscamente (v) [verkoop]
vallen (v) [tijd] {n} cair (v) [tijd]
vallen (v) [categorie] {n} baixar (v) [categorie]
vallen (v) [intransitief] {n} baixar (v) [intransitief]
vallen (v) [prijzen] {n} baixar (v) [prijzen]
vallen (v) [tijd] {n} baixar (v) [tijd]
vallen (v) [verkoop] {n} baixar (v) [verkoop]
vallen (v) [aantal] {n} cair (v) [aantal]
vallen (v) [categorie] {n} cair (v) [categorie]
vallen (v) [intransitief] {n} cair (v) [intransitief]
vallen (v n) [move to a lower position under the effect of gravity] {n} cair (v n) [move to a lower position under the effect of gravity]
vallen (v) [nacht] {n} cair (v) [nacht]
vallen (v) [prijzen] {n} cair (v) [prijzen]
vallen (v) [regering] {n} cair (v) [regering]
vallen (v) [aantal] {n} baixar (v) [aantal]
vallen (n v) [to fall] {n} cair (n v) [to fall]
vallen (v) [verkoop] {n} cair (v) [verkoop]
vallen (v) [aantal] {n} decrescer (v) [aantal]
vallen (v) [categorie] {n} decrescer (v) [categorie]
vallen (v) [intransitief] {n} decrescer (v) [intransitief]
vallen (v) [prijzen] {n} decrescer (v) [prijzen]
vallen (v) [tijd] {n} decrescer (v) [tijd]
vallen (v) [verkoop] {n} decrescer (v) [verkoop]
vallen (v) [regering] {n} derrubar (v) [regering]
vallen (v) [aantal] {n} encontrar-se (v) [aantal]
vallen (v) [categorie] {n} encontrar-se (v) [categorie]

Traduções de Holandês Português